Het verdrag zelf is een lijvig boekwerk van een paar duizend pagina’s. Het valt in twee delen uiteen:
Een groot deel gaat over handel. Hierover heeft Nederland niets te zeggen. Het referendum heeft hierop geen enkele invloed. De zeggenschap hierover ligt al bij Brussel en niet bij Nederland.
Een kleiner deel gaat over het rechtssysteem. Daarover heeft Nederland wel iets te zeggen en Nederland kan zelfs de hele voortgang ervan dwarsbomen als de regering een nee-uitslag zou overnemen.
Het hele verdrag is een handvest om Oekraïne te hervormen, te moderniseren, uit het slop te halen. Een van de speerpunten is het verminderen van de wijdverbreide corruptie, bijv. de manier waarop publieke aanbestedingen worden gedaan, zoals het aanleggen van wegen of bruggen. Dit moet bij wet open en transparant worden. Enorme lappen tekst die in Europa in de afgelopen 50 jaar zijn ontwikkeld moeten in een tijdsbestek van 10 jaar ook daar worden geïmplementeerd.
Het hele verdrag is een handvest om Oekraïne te hervormen, te moderniseren, uit het slop te halen.
Hoewel het heel erg de vraag is of dat gaat lukken, want het is een erg ambitieus plan, zal het in ieder geval kunnen helpen. Volgens mensen die het land bezoeken en veel Oekraïners zelf, is er een jonge generatie die echt wil afrekenen met het verleden. Verder zeggen zij dat dat proces reeds in heel hoog tempo aan de gang is. Toegegeven, Oekraïne heeft de afgelopen jaren al veel verdragen afgesloten in deze trant en de resultaten zijn zeer beperkt. De oude garde heeft nog een stevige vinger in de pap en een dergelijk proces kost tijd.
Toch kan het verdrag helpen om Oekraïne nog eens onder druk te zetten om hervormingen door te zetten. Hoe sterk die invloed zal zijn zal de praktijk uitwijzen. Kwaad kan het in ieder geval niet.
Tegenstanders van het verdrag zeggen dat er met het verdrag valse hoop zal worden gewekt en dat de daaropvolgende teleurstelling een averechts effect zal hebben. Echter Oekraïners weten dat het niet gemakkelijk zal zijn. Ze zijn al vaker teleurgesteld. Zij zijn degenen die eerder het Maidan-plein zijn opgegaan voor een dergelijk akkoord. Er zijn toen direct al zo’n honderd doden gevallen voor dit ideaal. Zij zijn de drijvende kracht achter het akkoord. Waarom iets niet proberen, omdat het zou kunnen mislukken? De Oekraïners weten dat al. Afwijzing van het akkoord door de Nederlanders zou een veel grotere teleurstelling zijn, omdat ze dan het gevoel hebben dat de Nederlandse bevolking niet achter hen staat. Het zou een klap in het gezicht van de Oekraïners zijn als Nederland, een land dat ze hoog hebben zitten, het weg zou stemmen. Althans volgens veel Oekraïners. In Oekraïne is ruim meer dan de helft vóór het verdrag, ongeveer een kwart weet het niet en minder dan een kwart is tegen.
De tegenstanders van het verdrag schatten de slaagkans laag in. Maar is pessimisme een reden om het weg te stemmen? Het glas is half vol of half leeg.
Tegenstanders zeggen dat er een beter meer realistisch verdrag moet worden geschreven. Maar wie dat wanneer zou doen zeggen ze niet. Dit verdrag ligt er nu en daar is jaren aan gewerkt.
Tegenstanders van het verdrag vinden het hypocriet dat veel politici die zelf verantwoordelijk waren voor de corruptie en nooit iets hadden gedaan, terwijl ze dat hadden kunnen doen, nu aan Europa vragen om hen te helpen. Dat kan zo zijn. Maar wat verandert dat? Is dat een reden om het verdrag weg te stemmen? En als iemand naar de dokter gaat en aan de dokter vraagt hem van zijn rookverslaving af te helpen, zegt de dokter toch ook niet dat hij dat roken zelf doet en dat het daarom hypocriet is.
Verder is het zo dat als het niet door zou gaan er gewoon een nieuw soortgelijk akkoord komt dat alsnog doorgaat, net als het Verdrag van Lissabon dat kwam als vervanging van de door Nederland in een referendum verworpen Europese Grondwet.
Tegenstanders wijzen vaak op het gevaar van Artikel 19 van het verdrag. Het streven naar beëindigen van de visumplicht voor Oekraïners. Dit is echter reeds in 2010 afgesproken. Het verdrag stelt dat de in 2010 gemaakte afspraken voortgang vinden. En hoewel dit door de tegenstanders als argument tegen het verdrag wordt aangevoerd, verandert het verdrag hier niets aan. Dit is de tekst van artikel 19.3: The Parties shall take gradual steps towards a visa-free regime in due course, provided that the conditions for well-managed and secure mobility, set out in the two-phase Action Plan on Visa Liberalization presented at the EU-Ukraine Summit of 22 November 2010, are in place.
Recht voor Oekraïners om in Europa te komen werken zoals Polen en Bulgaren dat doen, met de kans op verdringing, staat ook niet in het verdrag en daarvan is geen sprake.
Is het een voorzet voor lidmaatschap van de EU? Op dit moment is Oekraïne daar heel ver van verwijderd. Als dat zo is gaan daar nog decennia overheen.
Tegenstanders zeggen dat er te veel belastinggeld naar Oekraïne gaat. De subsidies die Oekraïne krijgt kunnen ook als machtsmiddel worden ingezet: er zijn namelijk voorwaarden aan verbonden. En een goede betrouwbare handelsrelatie met Oekraïne is uiteindelijk ook in het voordeel van Europa.
Tegenstanders zeggen er in het verdrag vage passages staan over militaire samenwerking. De passages hebben een erg open karakter. In eerdere verdragen (1994) stonden ook passages waarin de soevereiniteit van Oekraïne werd gewaarborgd. Alleen de praktijk zal uitwijzen hoe Europa in de toekomst zal reageren in het geval van agressie tegen Oekraïne. Op dit moment doet Europa op militair gebied niets tegen de Russische agressie jegens Oekraïne, maar beperkt zich tot het mildere middel sancties.
Angst voor Rusland lijkt ook geen goed argument. Natuurlijk zal Rusland er niet blij mee zijn. De spanning zal er door toenemen. Maar een militaire confrontatie met de NAVO is ook vanuit Russisch perspectief niet wenselijk. En toetreding van Oekraïne tot de NAVO daar gaat het hier niet over en is op korte termijn niet aan de orde. Verder zou een terugtrekkende beweging op grond van angst Rusland alleen maar sterken.
De handel met Rusland is door de Russen bijna geheel beëindigd en Oekraïne is nu nog meer aangewezen op de Westelijke handelspartners.
Al met al is het een kans voor Oekraïne en daarmee ook voor Europa en lijkt het beter « Ja » te stemmen in het belang van Europa en uit solidariteit met de Oekraïners.
Bob Verstappen
Amsterdam, 5 april 2016